Franz Ehrlich

Franz Ehrlich (1907 – 1984) was een Duitse ontwerper, architect en grafisch vormgever,
die nauw verbonden was met het Bauhaus.
Ehrlich studeerde aan het Bauhaus in Dessau in de late jaren 1920,
waar hij onder meer les kreeg van Walter Gropius, Hannes Meyer en Josef Albers.
Zijn werk uit die tijd vertoonde het typische Bauhaus-functionalisme:
strakke vormen, rationele constructies, en een integratie van kunst, ambacht en industrie.
In de vroege jaren ’30 sloot hij zich aan bij de communistische beweging in Duitsland.
Na de machtsovername door de nazi’s werd hij gearresteerd wegens zijn politieke activiteiten
en in 1935 naar het concentratiekamp Buchenwald gestuurd.
In Buchenwald werd hij – ironisch en moreel dubbelzinnig – ingezet om ontwerpopdrachten uit te voeren voor de SS.
Het bekendste voorbeeld is het iconische, maar grimmige hekwerk van de hoofdingang met de woorden Jedem das Seine
(“Ieder het zijne”), dat hij in een modernistisch lettertype ontwierp.
Dat lettertype was rechtstreeks geïnspireerd door Bauhaus-typografie.
Deze paradox — een Bauhausontwerper die voor de nazi’s werkt terwijl hij zelf een gevangene is — maakt Ehrlichs verhaal uniek en controversieel.
Na 1945 werkte hij in de Sovjet-bezettingszone en later de DDR als architect en industrieel ontwerper.
Hij ontwierp onder andere meubels, tentoonstellingsinrichtingen en gebouwen in de socialistische stijl.
Hij werkte ook aan de wederopbouw van Leipzig en ontwierp o.a. het interieur van de Leipziger Messe.
Later kwam aan het licht dat Ehrlich ook als informant voor de Stasi actief was.

Franz Ehrlich is niet alleen een Bauhaus-student,
maar vooral ook een unieke figuur in de geschiedenis van design — die het modernisme over regimegrenzen heen trok.
Ehrlich had een moeizame verhouding met de staat: actief in de communistische beweging, gefolterd door de nazi’s, maar later ook Stasi-informant. Zijn nalatenschap zit vol contrasten: modernistisch ontwerp brutalistisch ingeklemd binnen politieke systemen.